Mucho cariño <3

17 februari 2020 - Quetzaltenango, Guatemala

Catorce Febrero: Dia de Cariño, oftewel Valentijnsdag, de dag van de liefde. En dat wordt ook in Guatemala gevierd. Of het nu extra opvalt of dat iedereen de liefde laat zien, geen idee, maar op heel veel plekken waar je kijkt lopen jongens en meisjes hand in hand over straat, in het winkelcentrum en in het park. Als we langs een cadeauwinkeltje lopen vlakbij het park bij ons huis zie ik links door de winkelramen een rode gloed van rode valentijnsballonen en corazons (harten). In de kleine gang van het winkeltje staat het vol met jongens op zoek naar het perfecte cadeau. Valentijnsdag hier is echter niet alleen een dag voor geliefden en kersverse stelletjes, maar ook een dag voor familie en vrienden. Zo staat er bij thuiskomst een mooie bos rode rozen voor Mónica op tafel die gekocht is door haar zoon Javier. Mónica heeft deze avond ook een speciale maaltijd voor ons allemaal klaargemaakt; taco’s op zijn Guatemalteeks. Dit zijn platte mini wraps met wat vlees, tomaat, ui, salsa, guacamole en peterselie. Ik help haar met het maken van de guacamole en wordt blij verrast met de grote van deze aguacates (avocado’s), ontzettend groot en heel goedkoop. Een droom voor elke avocado liefhebber als je de aguacates in Holanda gewend bent. De kaarsjes worden op de tafel gezet, de bos rode rozen schittert midden op de tafel en wij scheppen met zijn allen op. Het rode interieur, waaronder de rode keuken, rode keukenapparaten en de rode placemats lijken wel voorbestemd voor deze dag.

En dan is het na het eten met de Javier, Alejandra en Jelte op stap te gaan. In een van de oudste cafeetjes dichtbij het park nemen we plaats aan de bar waar nog geen tien minuten na onze aankomst vier anderen studiegenoten uit Nederland bij ons aansluiten. We zijn gezellig aan het kletsen aan de bar. Tussendoor bestel ik een té frio grande (grote ijsthee). Een beetje in gedachte verzonken kijk ik naar hoe de barman een bruin drankje klaar maakt met limoen en dit in een gigantisch glas, bijna net zo groot als een cornflakes kom, schenkt. 'Wow, je zou dat maar moeten opdrinken, gestoord, denk ik'. De man doet een rietje in het glas, pakt het op en zet het recht voor mijn neus neer. Oh, dit is dus een grote ijsthee, denk ik. Een beetje beschaamd, maar met een glimlach neem ik het aan. 'Achja, ben ik gelijk voorzien voor de rest van de avond.' We vervolgen onze weg naar de salsa dansclub Sahara, waar de hele dansvloer vol staat met dansende stelletjes. Ik wist al dat wij als Nederlanders lang zijn vergeleken met de Guatemalteekse mensen, maar terwijl wij ons door de dansende stelletjes wurmen op zoek naar een plek om de jassen op te hangen wordt het lengteverschil pas echt zichtbaar. De meeste jongens, die bij voorkeur langer zijn dan hun Guatemalteekse vriendin, komen bij mij net onder mijn borstkas. En met onze blonde en bruine haren en blanke huid springen we eruit in deze tent. Per persoon krijgen we een entreekaartje die per kaartje zeven gratis tequillashotjes geeft. Veel houden van drinken, maar zelfs deze tequillashotjes hebben mijn studiegenoten niet op gekregen. Het is 00:30 als de muziek stopt. Na deze geweldige avond losgaan op de salsa en reggaeton muziek gaan we met zijn allen langs DE tacoman van Guatemala. Voor de studenten onder ons, het is te vergelijken met de Döner Kebab in Nederland. De politieauto’s doen hun rondje rond het park met sirenes, om ervoor te zorgen dat de mensen niet voor overlast zorgen en op tijd weer van de straat af gaan. Naast het kleine tacokraampje waar wij zitten wordt een ander eettentje opgeruimd. Alle onderdelen worden afgebroken en zo in een pick-up gelegd, waarna deze wegrijdt.

Dat is gemakkelijk, denk ik; je stopt er gewoon je marktkraampje in die je afbreekt in de nacht en de volgende ochtend, hup alles weer uitlaten. Daarnaast zie je hele families op de achterklep van een pick-up zitten om vervoert te worden van hot naar her. Ik kom erachter dat zelfs de politieauto's pick-ups zijn, wanneer ik aan de straat sta te wachten bij de bank waar een zwarte politie pick-up geparkeerd staat aan de straat. Een groep politieagenten staat voor de bank. Eén man staat vlakbij het hokje met de pinautomaat, drie iets naar links bij het hek naast de bank en een stuk op vijf zitten in de auto. Zwarte uniformen, pantser bodywarmers aan en bewapend met drie pistolen; twee in de zak en één grote mitrailleur in de hand. Het zal hier wel goed beveiligd moeten worden bij deze bank, is mijn eerste gedachte, immers staan er overal in Xela politieagenten of bewakers bij pinautomaten en winkels en deze plek is de bank zelf. Na een paar minuten wachten komt iemand uit het hokje met de pinautomaat waarna de politieman, die vlak naast de deur met zijn geweer in de hand staat, naar binnen loopt. Een kleine vier minuten later stapt hij naar buiten, kijkt naar de drie mannen links van hem die in beweging komen. Met zijn vieren springen ze achter op de pick-up en rijden de weg op. Ze stonden blijkbaar allemaal op de politieman te wachten die geld moest halen. Ja, ook politieagenten moeten pinnen.

En dan, zoals gezegd in het vorige verhaal was het vorige week zaterdag tijd voor een beklimming van een vulkaan. Of beter gezegd, een klim naar het meer van Chicabal. Om zes uur stappen we met een groep van negen de shuttlebus in. Een hele mooie route waarbij we al een deel van de beklimming door de bergen maken. Na een rit van minimaal een uur stappen we uit op een kleine parkeerplaats van grint waar een winkeltje is met chips, een paar broodjes en drinken. De weg die omhoog loopt bestaat uit grote grijze stenen en is heel erg steil. Een vader en twee zoons van rond de vijf en acht lopen met een schop en materiaal op hun rug langzaam stap voor stap de helling op. Ook wij beginnen aan de klim over de weg die na een tijd klimmen overgaat in een zandweg. De klim is ontzettend zwaar, niet alleen door de steile onverharde helling, maar ook door de ijle lucht. Al na drie minuten ben ik helemaal buiten adem. Is mijn conditie zó slecht?, denk ik, maar ook de anderen hebben er moeite mee. We komen aan op een vlak open veld  waar een winkeltje en iets meer dan vier huisjes staan en waar een hele groep inheemse mensen zich heeft verzameld. Ook zij maken de beklimmen. Sommige lopend, anderen in rode pick-ups. We lopen een groot deel samen met een groep Maya's die met bloemen, picknick tassen en instapslippers ook omhoog gaat. Eens in de maand gaan zij voor symbolische redenen omhoog om te zingen en te bidden bij het meer. De groep bestaat uit zowel jonge als oude mannen en vrouwen. Ook zij hebben het er moeilijk mee. Hoe meer omhoog hoe steiler en zwaarder het wordt. Vervolgens komen we aan bij een hele lange trap van meer dan 200 ongelijke traptreden die we af moeten om bij het meer te komen. Na een lange afdaling komen we dan toch aan bij het kratermeer. Het water is helder blauw en glinstert van het zonlicht. Verschillende groepen Maya's zijn liederen aan het zingen bij het meer, vooral in het Spaans. De bloemen staan rechtop in het zand bij de waterrand. Wanneer we om het meer lopen komen we om de zoveel meter altaren tegen, die qua aantal en boodschap gelijk zijn aan de kalender van de Maya's. De gids vertelt dat de natuur en de balans en harmonie met het positieve en negatieve erg belangrijk zijn voor de Maya's. Na een rondje om het meer is het dan toch tijd om dezelfde trap van meer dan 200 ongelijke traptreden op te gaan. Een echte beproeving maar aan de andere kant ook een hele leuk uitdaging! Moe maar voldaan belanden we weer in de shuttlebus terug naar Xela. 

Niet meer elke keer zelf hoeven checken of ik een nieuw verhaal erop heb gezet? Meld je aan voor de maillijst en ontvang een melding via de mail, zie https://claudiadejong.reislogger.nl/notif. Super handig!

Foto’s

1 Reactie

  1. Diny de jong:
    22 februari 2020
    Geweldig verhaal wat een beleving dat je er. van geniet 👍💋💋